Klik op een foto voor de vergroting
Huwelijk en gezin
We hebben elkaar ontmoet in het de Wever ziekenhuis tijdens onze opleiding, José was van de lichting 1970 en ik van december 1971. Het duurde wel een hele tijd voordat onze verkering bestendig werd. Ik was nogal een rebelse, rare snuiter en kwam uit een gezin van 6 jongens en 2 meisjes uit Schaesberg in de Mijnstreek.
Mijn vader was eerst mijnwerker geweest maar werkte sinds 1963 als portier in het ziekenhuis. Hij heeft veel van mijn “Strapatsen” meegemaakt of uit de eerste hand van zijn collega’s meegekregen. Ik weet niet meer of hij me corrigerend of vermanend toesprak als ik weer eens iets geks uitgehaald had. Wij gingen op bezoek bij mam die toen op de Hompertsweg woonde, we werden altijd met liefde en in alle hartelijkheid ontvangen. Ook mijn moeder was opgelucht en trots (al zei ze dat niet) dat ik verkering had met zo een mooi en degelijk meisje, het kan verkeren! Ook vertelde mam ons dat ze in het begin van mijn opleiding regelmatig doodsangsten had uitgestaan of ik niet tijdens een nachtmerrie van de 12e verdieping (want daar was mijn kamer) over het balkon naar beneden zou springen. Ik had tijdens mijn jeugd namelijk regelmatig last van enge dromen, vooral tijdens de zomeravonden want er werd altijd fanatiek gekaart in de achterkamer van ons huis. Ik sliep aan de achterkant en had de ramen altijd ver open staan, op een avond na heftige kaart discussies wei er nou weer zo stom was geweest! Schrok ik wakker uit mijn slaap en dacht dat ik moest wegwezen. Ik maakte een grote spurt en via het dak van de serre kwam ik in de tuin terecht in mijn onderbroek. De familie was stomverbaasd toen ik verdwaasd binnenkwam via de achterdeur.
José kwam uit Swolgen in Noord-Limburg en was afkomstig uit een gezin met alleen maar meisjes. Ze was wel het buitenbeentje in het gezin en de enige die 100 kilometer van haar huis in Heerlen ging studeren als verpleegkundige. Het contrast tussen ons beiden was dus erg groot, José uit een liefdevol en beschermend gezin en ik afkomstig uit een tegenovergesteld gezin met weinig structuur.
Dat had in de eerste jaren best wel veel charme, we spraken veel met elkaar over wat we allemaal meegemaakt hadden. Maar tijdens de opvoeding van onze kinderen gaf dat wel de nodige spanningen en verschil van mening over hoe we onze kinderen op zouden voeden.
We trouwden in 1975 voor de wet (om onder de dienstplicht uit te komen) en een jaar later voor de kerk. We konden namelijk een bovenwoning krijgen in Heerlen op de Oliemolenstraat boven een tandartspraktijk. We trouwden heel traditioneel in Swolgen.

Het duurde wel vijf jaar voordat er kinderen kwamen, maar op 5 mei 1982 werd Eveline geboren. Amper 14 maanden later, 21 september 1983, werd Thijs geboren. Twee lieve maar totaal verschillende kinderen. We zien veel van Eveline terug in Charlie en ik zie in Thijs veel terug van mijzelf.
In de beginjaren van onze kinderen werkte ik in het ziekenhuis en José zorgde voor de opvoeding en bestierde het gezin. Na vijf jaar werkten we beiden en we konden er door onregelmatige diensten voor zorgen dat er altijd iemand thuis was.
We gingen ieder jaar wel met vakantie, fietsen, kamperen, wandelen. Onze kinderen hebben ons dat gesjouw en die eindeloze fietstochten niet altijd in dank afgenomen, in ieder geval hebben Alex en Eveline het kamperen ook overgenomen, Thijs denk ik helemaal niet.
We gingen als gezin ieder jaar wel met vakantie vooral in Frankrijk. Fietsen, kamperen, wandelen. We hebben veel mooie vakanties meegemaakt in veel moois gezien.
Door mijn werk in de wetenschap in het Academisch Ziekenhuis Utrecht heb ik vanaf 2003 veel congressen bezocht in de V.S. en Europa. Dat waren eigenlijk ook een soort vakanties. Het laatste en grootste klapstuk was een neurochirurgisch congres in Martinique waar ik een praatje hield over mijn laatste kwaliteitsonderzoek om infecties bij mensen met een liquor (hersenvocht) drainagesysteem terug te dringen waarvoor ik een nieuw en volledig gesloten systeem heb ontwikkeld met de Amerikaanse fabrikant van deze systemen. Dat was Franse keuken in een tropisch bounty-eiland.
Een van de favoriete bezigheden op de Filipijnen in Utrecht waar we toen woonden waren de legendarische verkleed-partijen. Eveline was veel thuis met haar vriendinnen Fredy en Sandra. Ze hebben nu nog steeds een innig contact,
Thijs was altijd de hort op en avontuurde en zwierf rond, was eigenlijk altijd zoek en kwam dan weer op ongewone plaatsen tevoorschijn en had een hartsvriend Gideon. Ook hij was net als zijn vader een koning in het maken van “strapatsen”.
Door de heftige tijd, waarin ik vooral op mezelf gericht was met een erg drukke baan en het volgen van een zware opleiding, dreven we steeds verder uit elkaar en uiteindelijk liep ons huwelijk stuk. We hebben dit beiden als een nederlaag gezien maar ook als een onoverkomelijke conclusie.
We wonen nu nog steeds in Utrecht en zien elkaar tijdens feesten van onze kinderen en kleinkinderen. Na onze scheiding hebben we afgesproken dat we vreugde en verdriet van onze kinderen samen zouden delen. We hebben zelfs een tijdlang samen opgepast op Charlie en Sam.
We hebben twee prachtige kinderen die beiden een gelukkige relatie hebben. Eveline en Alexander wonen in Oog en Al in Utrecht met hun kindjes Charlie die op 16 juli 2022 vier jaar is geworden en in augustus voor de eerste keer naar school gaat en Sam die op 10 juli 2022 twee jaar is geworden.
Thijs en Iulia wonen in Barcelona. Julia komt uit Roemenië.
Het is oktober 2022 als ik mijn memoires opschrijf. Ik heb sinds 2019 een heftige tijd gehad, met een opeenstapeling van ernstige maar uiteindelijk niet levensbedreigende fysieke problemen. In de bizarre Coronatijd is het door gedwongen passiviteit niet beter geworden. Ik heb mijn leven drastisch moeten wijzigen en ben zoveel mogelijk actief bezig met lopen en fietsen. Ik heb mijn ademhaling aangepast en het gaat weer beter met me.
Via mijn bedrijf en Stichting Oculare heb ik vanaf 2004 evenementen georganiseerd voor de gezondheidszorg, in Corona tijd is dit helemaal ingestort want de zorg was met totaal andere dingen bezig dan het presenteren en profileren van zijn eigen ziekenhuis of organisatie. In 2021 heb ik daarom mijn bedrijf moeten staken. Dat hoort erbij in het leven zullen we maar zeggen.
n de bizarre Coronatijd werd ik via een bevriende ex Archeon collega die een Levende Geschiedenis bureau heeft gecast voor een rol in een documentaire serie over de geschiedenis van Nederland. De regisseur van de serie had mijn hoofd en uitstraling geschikt bevonden om in aflevering zeven van de serie “Kooplui en Kapers” de puissant rijke koopman en hoofd van de Amsterdamse kooplieden te spelen.
Jan Cornelisz. Geelvinck was getrouwd met Aechje (Agatha) de Vlaming van Oudshoorn. Hij was de vader van Cornelis Geelvinck. Hij trouwde in 1643. In deze aflevering wordt onder andere de rol van de vader (ik dus) in de handel op specerijen - in dit geval kaneel - en het huwelijk van zoon Cornelis gepresenteerd.


De opnames, in twee dagen, vonden plaats in Enkhuizen en de RIjp in Noord Holland en het was heel bijzonder om aan mee te werken, gezien mijn status als hoofd van de Amsterdamse kooplieden en vader van de bruidegom en latere burgemeester van Amsterdam was ik veel in beeld.
Het was ook leuk om te spelen met Jesse Faber, de vader van de bruid, hij is zoon van de acteur en kunstenaar Peter Faber. De aflevering kon door alle perikelen rondom Covid 19 pas in maart 2022 uitgezonden worden.
Vanaf mijn vroege jeugd heb ik veel behoefte gehad aan dromerige rust en harmonie. Dat was in een groot gezin best wel moeilijk. In mijn puberteit en adolescente leven heb ik me vaak teruggetrokken met bijvoorbeeld een boekje in een hoekje en het alleen struinen in de natuur op zoek naar bijzondere wilde planten. Later ben ik geïnspireerd geraakt door The Snowman. Het is het verhaal en de bijbehorende muziek van de droomwereld van een klein Engels jongetje dat wakker wordt en ziet dat zijn wereld veranderd is in een sneeuwlandschap. Hij snelt naar buiten en gaat een sneeuwman maken.
Samen met die sneeuwman beleeft hij veel avonturen en uiteindelijk maakt hij een vliegreis over het Engelse sneeuwlandschap. Het prachtige lied van Howard Blake “Walking in the Air“ ondersteunt het verhaal op een hele mooie manier. Ik hoop dat wanneer ik zover ben dat ik ga sterven dat ik ook op zo'n vredige en rustige manier zal gaan als een vlucht over een besneeuwd landschap.
Muziek, (wetenschappelijk) onderzoek, museumpark Archeon en het schrijven zijn zaken waar ik veel plezier aan beleef en waar ik nog een hele tijd mee door hoop te gaan.

Wiel van der Mark, 17-10-2022 (verjaardag Tielke)
Maak jouw eigen website met JouwWeb